Hieronder een stukje dat ik ergens diep in mijn vaste PC vond. Het is geschreven in juni 2004! Ik heb het toen gemaakt als bijdrage voor een protestantse kerkdag. Binnenkort volgt er een stukje dat ik onlangs geschreven heb. Het blijft één thema.
De zorg van de overheid
De taak van de overheid is om te
waarborgen dat alle burgers aanspraak kunnen maken op de grondrechten
en mensenrechten. In een steeds complexer wordende maatschappij is de
overheid de enige instantie die dat ook werkelijke kan. Dat de
overheid zich nu terugtrekt onder het mom van het creëren van ruimte
voor een minimale en noodzakelijk collectieve vorm van solidariteit
is in mijn visie een zeer kromme redenering. De overheid is juist
degene die voor deze minimale en noodzakelijke solidariteit moet
zorgen.
Alle burgers dus ook de armen en
gehandicapten kunnen en moeten hun steentje in de maatschappij
bijdragen. De overheid schept daarvoor de kaders zoals het recht van
vrijheid van (toegankelijkheid van) scholing, mobiliteit, religie,
meningsuiting enzovoort. Daarbinnen kan de burger zich dan ontplooien
eventueel met behulp van particulier initiatief en/of de diaconie.
Het valt mij op dat ik mij telkens
opnieuw moet verantwoorden als ik mij in de maatschappij beweeg. Het
is bijvoorbeeld niet vanzelfsprekend dat ik een baan heb én ambitie.
Wekelijks wordt mij in de trein op weg naar mijn werk gevraagd waarom
ik op zo’n regenachtige dag niet gewoon lekker knus thuis blijf.
Terwijl ik net als mijn medemens mijn stem uitbreng tijdens
verkiezingen, mijn belasting betaal en maatschappelijk verantwoord
mijn vrijwilligerswerk doe, pas ik toch niet in het beeld van een
‘gewone’ burger. Ik ben een soort tweede categorie burger. Zo
lang de overheid het niet op kan brengen om mij, en alle mensen zoals
ik, te zien als volwaardige burgers blijft er een grote groep mensen
die steeds afhankelijker wordt van (dure) hulp van buitenaf. Zij
komen niet uit de vicieuze cirkel. Ik voel mij ook gevangen in die
vicieuze cirkel. Omdat ik nauwelijks gebruik kan maken van het
openbaar vervoer is het bijna onmogelijk om een baan te vinden. Omdat
veel gehandicapten geen baan hebben is het niet nodig om het
openbaar vervoer toegankelijk te maken. Pas op het moment dat een
groep een maatschappelijk belang (geld inbrengt?) heeft, worden er
door de overheid voorzieningen getroffen om dit belang te stimuleren
of te handhaven.
Liefs,
Simone